Betreft: Kinderen van Carolina Johann Wilhelmina Thonus-de Groot (dochter van E.J. de Groot en Sjoerderika Rademann)
Caroline Joke de Graaf-Thonus
Rapportnummer: 5 Wijkbureau: Leidseplein, Januari 1945
Het was brisant nieuws in De Telegraaf van 21 januari 1977. Volgens een oud-verzetsstrijdster had prins Bernhard in het voorjaar van 1942 een brief aan Hitler geschreven ‘waarin hij verschrikkelijke dingen toezegt in geval Duitsland de oorlog wint’. Maar waar is die zogenaamde ‘stadhoudersbrief’ gebleven?
In november 2022 bestempelde het Nationaal Archief ruim 71.000 BVD-dossiers als ‘beperkt openbaar’. Het betekent dat ze sindsdien onder voorwaarden zijn in te zien. In de collectie bevinden zich ook dossiers over Jeanette Kamphorst, Karl Eberhardt Schöngarth, Leonie Brandt-Pütz, Carolina Joke Thonus en Jan Gideon Heitink. Uiteenlopende personen met één gezamenlijke deler: de stadhoudersbrief.
Hier komen meerdere namen bij elkaar die een rol spelen in het verhaal over de stadhoudersbrief. Leonie Brandt-Pütz en Jeanette Kamphorst om te beginnen, maar ook ‘Lientje Thonus’. Deze Carolina Joke Thonus was de secretaresse van Brandt-Pütz en als zodanig aanwezig bij het verhoor van oorlogsmisdadiger Karl Eberhardt Schöngarth. In een geheim BVD-rapport vertelde Thonus daarover: ‘Schöngarths verklaring hield in dat prins Bernhard, die in Brandts rapporten genoemd wordt als persoon No. 1, buiten het reeds bekende feit dat hij lid is geweest van de SA, in de vooroorlogse tijd meerdere inlichtingen verstrekte aan de SD. Hiervoor kreeg hij onkostenvergoedingen voor verteringen met vrouwen in bars. Er werd zelfs ook een bedrag genoemd van 100.000 Rijksmark. Dit liep via het Sicherheitshauptamt, hetgeen zo door is gegaan tot 1940.’ Dat geldbedrag komt terug in het BVD-dossier van Jeanette Kamphorst: ‘De verhalen die zij [Kamphorst] tegenover de Marid [Marine Inlichtingendienst] gedaan heeft bevatte reeds hetzelfde gerucht over P.B. [Prins Bernhard] (100.000 R.M. voor verstrekte inlichtingen).’ Nadere informatie ontbreekt, maar het betrof een beloning die Bernhard in 1937 van het Reichssicherheitshaupamt in Berlijn zou hebben ontvangen ‘voor verstrekte inlichtingen’.
Op naar het volgende BVD-dossier. Dat is van Lientje Thonus, de naoorlogse secretaresse van Leonie Brandt-Pütz. Het dossier van Carolina Joke Thonus, zoals ze voluit heet, zou volgens een inlegvel de periode 1947 tot 1988 moeten beslaan. In werkelijkheid zijn er maar enkele blaadjes papier beschikbaar. Die betreffen voornamelijk een antecedentenonderzoek naar haar en haar familie. Interessanter is een aantekening op het eerste blad in Thonus’ persoonsdossier: ‘Gezien in verband met PD 586 Afd C 9-4-47’, waaraan met potlood is toegevoegd: ‘Brandt-Putz.’ De eventueel bijbehorende stukken ontbreken.
7u15 nm:
De agenten Bakker en Oly brengen vanuit Café-Restaurant "Neutraal" op Damrak 8 alhier de verdachte Tonny Joke Thonus, geb. 28 sep 1918 te Amsterdam en gescheiden van A.F.W. Tjeenk Willink, laatst wonende Apollolaan 93 hs (bij haar ouders), thans vw, wier opsporing, aanhouding en voorgeleid. door de Just. Dienst te Utrecht. Opgebracht dd 11 dezes terzake verduistering van een heren- en damesrijwiel. Haar opsporing werd verzocht bij tel. 31 van 1 d.d. 12 dezer; komt overigens op kamer 70 niet voor.
8u40 nm:
De verdachte T.J. Thonus wordt door Bakker en Dissel overgebracht naar Utrecht ter voorgel. C.P. Just. dienst. pvb (Proces Verbaal?) 263/41 W.B.C.R. (Wetboek Civiel recht?). Vertrek trein 21.00 van Centr. station
Politierapport 14 dec 1944, 19u45, bureau Linnaeusstraat, Willem Keuker
(2de echtgenoot van Tonny Thonus, 1962-1967):