Notariële akten over schepen van Jacob Jacobs de Groot
Een akte uit 1761 over de transportvoorwaarden tussen bevrachter en schipper
blad 1: Schipper Jacobsz de Groot van Dokkum
met het kofschip de Juffrouw Maria
blad 4, met de ons oudste bekende handtekening
van Jacob Jacobs De Groot (34j, 1761)
een nog oudere handtekening (1753) bestaat ook,
maar dan zonder de toevoeging De Groot.
blad 2 en 3
Transcriptie
Blad 1:
Op den tweden October des jaars zeventien honderd een en zestig compareerden voor mij Cornelis van Homrigh Openbaar Notaris te Amsterdam bij den Hove van Holland geadsisteert
De Heer Adrian Hope voor en in den naam van zijne Compagnie van Negotien gaan de op de namen van Thomas Adrian Hope wonende binnen deze Stad, bevragter ter ware
En schipper Jacob Jacobsz de Groot van Dokkum varende het kofschip genaamd de Juffrouw Maria groot zeventig Roggelasten welke de schipper des gerequireert wordende zal moeten aantonen in het zelverschip te kunnen laden liggende jegenwoordig voor deze stad bevragter ter andere zijde
ende verklaarden wegens der Bevragting van het gemelde schip met den anderen geaccordeert en overeengekomen te zijn in manieren als volgd namelijk
dat de schipper zijn voorschreve Schip zal leveren hegt, digt, wel gecalfaat en tot de nabeschreven Reise
Blad 2:
reise in allen opzigten na behoren voorzien en geprepareert en met hetselve ten allerspoedigsten en bij de eerste gelegenheid van weer en wind uit deze landen vertrekken en zeilen direct naar Gottenburg, behoudens dat de schipper verpligt zal zijn alvorens te Harlingen in zijn schip in te nemen zo veel steen als tot balast nodig is en dezelve bij zijn behouden arriveren te Gottenburg uit te leveren aan der Bevragter Correspondenten en dat franse vragt mits de onkosten daarop vallende, zullen zijn voor rekening van de bevragter.
Dat vervolgens het gedagte schip te Gottenburg door den bevragter correspondenten zal worden geladen met zodanige goederen als dezelve deze Borgten Correspondenten zullen gelieven te laden tot in volle en bekwame lading ter welke de schipper aldaar in zijn schip zal innemen. En dat het schip alzo beladen zijnde, de schipper daar mede ten eersten van Gottenburg zal vertrekken en keren direct naar deze stad en alhier na behouden arrivement, zijne te Gottenburg ingenomene Lading getrouwelijk lossen en na behoren uitleveren oaan de Bevragters, die na het zelve arrivement in getrouwe uitlevering en eerder of anders niet als schipper, of deszelfe recht hebbenden alhier zullen opleggen voldoen en betalen voor vragt sij dertig
Blad 3:
voor het gehele schip een somma van elfhonderd vijfentwintig guldens eens en daar en boven tien percent voor alle ordinaire averijen en ongelden, mitsgaders nog tot een caplaken voor den schipper vijfentwintig guldens eens alles Hollands contant geld.
En in gevalle de schipper van zijne te Gotttenburg in te nemen lading cognossementen ten behoeven van anderen buiten de bevragter mogte tekenen, zal de schipper de daarbij te bedingen vragt zelfe van de geconsigneerden moeten invorderen en te zelve aan de Bevragters verantwoorden.
Wijder is geconditioneert, dat de schipper met zijn schip ten dienste van de bevragter of derzelver correspondenten tot een lossing of belading te Gottenburg zal moeten blijven liggen zestien agtereen teneinde ligdagen in te gaan met den twaalfden October hij aldien het schip voor die tijd aldaar gerriveert en tot .. gereed is, dog na die tijd aldaar arriverende als dan zo haalt de Schipper van zijn arrivement aldaar kennis aan de bevragters correspondenten zal hebben gegeven en het schip tot de na lossing gereed zal zijn en eerder niet. En in gevalle het zelven schip te Gottenburg door de bevragter op derzelver correspondenten tot aan het lossen van de lading langer als de voorziende zestien dagen mogte worden opgehouden
Blad 4:
zal de Schipper voor ieder langer ligdag genieten vijftien gulden mede hollands geld.
Op alle welke conditien deze Bevragting is gesloten, Verbindende de hier eerste Comparant zig tot de inlading van voormelde lading sal voorts de Lading zelver en de Schipper zijn voorschreven schip en gereedschappen van dien.
Gepasseert in Amsterdam ter presentie van Hendrik Nieuwenhuijs en Willem Verheij, als getuigen
Route: Amsterdam - Göteborg
Bron: Notariële Akten Stadsarchief Amsterdam<
- archiefcode akte 85382
notitie Kofschip "Juffrouw Maria"; Dokkum Gottenburg Harlingen
voornaam Jacob Jacobsz
achternaam Groot
datum 1761-10-02
bitpub-ID 13.835.058.344.572